
Coquilles
Beschrijving
Coquilles St. Jacques, ook wel Sint Jakobsschelp of Jakobsmantel genoemd zijn op hun best tussen oktober en april.
Een verse (levende) coquille heeft de beide schelpen op elkaar of op een kiertje.
Het gedeelte van de coquilles dat eetbaar is, is de noot. Dit is de witte spier tussen de twee scharnieren van de schelp die je er van tussen snijd. De noot heeft een zoetige smaak, en heeft een boterzachte structuur. Het oranje gedeelte van het vlees, ook wel kuit of koraal genoemd, kan ook worden gebruikt voor consumptie. Dit gedeelte staat vooral bekend als heerlijke smaakmaker in vissauzen en soepen.
Bereiding: Coquilles bak je om en om kort aan op hoog vuur. De coquille mag zelfs nog een beetje rauw zijn want deze worden, mits ze echt vers zijn, zelfs als sashimi gegeten.
Herkomst: Frankrijk
Pecten Jacobaeus, Sint-Jakobsschelp, Coquille, Coquille Saint-Jacques, Scallops, Jakobsmuscheln
Per stuk ca. 180-220 gram